Een mooie kamerplant met bladeren die lijken op de oren van een olifant. In tegenstelling tot veel van zijn familieleden heeft dit soort een compacte groei. Een makkelijke kamerplant voor een lichte standplaats.
Een knolgewas afkomstig uit het Andesgebergte. De verdikte wortel van de plant wordt gegeten en heeft een zoete smaak. Vele toepassingen zijn mogelijk zoals gewokt, gefrituurd, gekookt en rauw. Van de gedroogde bladeren kan thee gemaakt worden.
Een schitterende bonte variëteit van de matig winterharde Cordyline australis. Groeit uiteindelijk uit tot een hoogte van 2 meter. Als kuipplant geeft deze plant samen met de Eucalyptus het terras een Australische sfeer. Aanrader.
Ook deze tijm geurt naar citroen, maar heeft witgroene, naar zilver neigende, bladeren. Net als de meeste tijmsoorten voor een zonnige plek met een goede drainage. Te gebruiken in thee, salades en mediterrane gerechten.